Ik wil mijn verhaal graag met je delen. Anoniem, dat wel, want de ervaring die ik heb is geen ervaring waar ik trots op ben.

Toen ik 17 jaar was ben ik gestart met de inservice opleiding tot ziekenverzorgster (nu VIG) het begin van mijn loopbaan in de zorg. Oudere mensen en mensen die (tijdelijk) zorg afhankelijk zijn helpen doen mijn hart sneller kloppen. Ik heb wel opleidingen gevolgd, maar heb er bewust voor gekozen altijd in de directe zorg te blijven, gewoon mens tot mens.

Ik werk nu bijna 5 jaar als ZZP’er in de zorg. De meeste opdrachten krijg ik via bemiddelingsbureaus en soms heb ik een opdracht door mond tot mond reclame. Voor mij is dit prima, ik wil wel de zelfstandigheid, maar voel me niet geroepen om me verder te ontwikkelen als ondernemer. De zorg wordt meestal aan huis geleverd en je vormt met een aantal collega ZZP’ers in de zorg een team bij de patiënt.

Een jaar geleden hadden we een complexe zorg. Een man op hoge leeftijd met kanker in vergevorderd stadium. De patiënt heeft zijn vrouw een jaar eerder verloren aan kanker. Zij hadden een liefdevol huwelijk en meneer is in en in verdrietig. Het leven zonder haar is leeg. Ze hebben samen drie kinderen, met wie goed contact is. Een van de kinderen woont in het buitenland, maar komt zoveel mogelijk om bij de familie te zijn. De andere twee kinderen wonen dichtbij meneer en zijn zeer betrokken.

Tijdens mijn diensten probeer ik de patiënt te geven wat hij nodig heeft en we bouwen een band op. Meneer leeft een beetje op als ik er ben zeggen zijn kinderen en ik word vaker ingepland. Meneer lijkt geestelijk sterker te worden, we kijken foto’s en hij verteld veel over vroeger en zijn vrouw. Het is mooi dat de liefde voor haar nog zo levendig is.

Lichamelijk gaat meneer achteruit en dat doet me veel. Meneer wil graag naar zijn vrouw en zegt klaar te zijn om afscheid van het leven te nemen. Het is goed als mensen op dat punt komen, maar nu merk ik dat ik zelf graag heb dat meneer nog een tijdje onder ons blijft. Gewoon omdat de zorg prettig verloopt, de gesprekken en de sfeer binnen de familie zo fijn zijn.

Op een dag kom ik op het zorgadres aan en ik zie aan de blik van meneer dat er iets is verandert. Mijn collega draagt over, de arts is geweest en de medicatie is gewijzigd. De wijzigingen moeten nog worden verwerkt, dat zal ik doen. Mijn collega gaat naar huis en meneer vertrouwd me toe dat het genoeg is, hij wil graag dat ik zijn kinderen bel zodat ze bij hem kunnen zijn. Zijn woorden zijn sterker dan zijn overkomen.

Ik wist dat deze dag zou komen en toch overvalt het me, ik doe mijn best mijn persoonlijke gevoelens weg te drukken en bel zijn kinderen en voer de medicatiewijzigingen door. Meneer fris ik op en de kamer ruim ik op. Als de kinderen er zijn blijf ik even bij ze en ga dan koffie zetten. Ik heb zo’n bewondering voor deze familie, de sfeer in huis is rustig, vredig. Ik laat ze samen.

Als een van de kinderen naar huis gaat en vraagt of ze nog iets kan doen, geef ik haar de medicijnen die zijn gestopt om bij de apotheek af te geven. En vanaf dat moment gaat het fout.

Het is 17:00 en ik zet het dienblad klaar voor meneer, zo ook de medicatie. Tot mijn schrik zie ik dat er medicatie mist, de paniek slaat toe. Ik krijg het warm en besluit actie te ondernemen. De actie ik onderneem houdt in dat ik alles breng en geef zoals is voorgeschreven, behalve de ontbrekende medicatie. In de kamer is het rustig en ik beweeg me in die rust.

Dan gaat de telefoon, het is meneer zijn dochter “of we nog een boodschapje nodig hebben”. Dit is het moment dat ik kan vragen of ik per ongeluk de medicijnen aan haar heb meegegeven, maar ik durf het niet. Meneer en de familie vertrouwen me en ik wil het niet schaden, ik ben altijd zo nauwkeurig.

De dochter van meneer komt een paar uur later terug, ze heeft de medicijnen nog niet weggebracht zegt ze, dat doet ze morgen wel. Ik hoop stiekem dat ik alles ongemerkt kan herstellen, totdat de dochter besluit het dossier te lezen waar ook de nieuwe voorschriften van de arts in staan. Ze leest goed en merkt op dat het gek is dat ze denkt het nieuw voorgeschreven medicijn zelf bij zich te hebben.

Ik val enorm door de mand. Ik had een vergissing gemaakt, maar heb zoveel momenten gehad ervoor uit te komen en meneer toch op tijd het juiste medicijn te geven. Ik kan het de dochter van meneer niet uitleggen en begin te huilen. De dochter is boos en belt met het bemiddelingsbureau. Ik word afgelost door een collega. Daar ga ik, waarom heb ik dit toch zo gedaan?

Meneer overlijdt twee dagen later, ik heb geen afscheid van hem kunnen nemen.

De familie heeft een klacht ingediend over de fouten die ik heb gemaakt. De klacht is terecht, ik schaam me diep. Ik verpleegkundige, met mijn idealen en principes heb dit op mijn geweten. Ik slaap slecht en pieker veel. Als ik kon zou ik alles terugdraaien, ik snap gewoon niet dat ik zo heb gehandeld.

De gevolgen van het later beginnen met de nieuwe medicijnen zijn voor meneer naar alle waarschijnlijkheid niet groot geweest. Mijn verkeerde beslissing heeft wel grote gevolgen voor de manier waarop het afscheid is gegaan met de familie, er is sprake geweest van stress en boosheid en verlies in vertrouwen.

Behalve schuldgevoel, verdriet en teleurstelling in mezelf ben ik met mijn werk ook in vervelend vaarwater terecht gekomen.

Ik had zelf zorg moeten dragen voor een klachtenregeling en daarmee ben ik nooit bezig geweest. De klacht laten behandelen kost me nu veel geld en het IGZ heeft me een waarschuwing gegeven.

Ik heb altijd mijn oordeel klaar gehad over medicijnfouten en handelen van collega’s. Nu zie ik hoe ik hier zelf in verzeild ben geraakt. Mijn fout is niet veroorzaakt door gebrek aan kennis, of onbevoegd, of onbekwaam zijn, maar puur door emoties. Het is blijkbaar menselijk.

Het is belangrijk dat de familie wordt gehoord en dat de klacht goed wordt behandeld. Maar ik kan dit op geen manier meer rechtzetten. Ik hoop dat de familie wel rust kan vinden en tijdens de gesprekken geef ik zo oprecht mogelijk weer wat er is gebeurt, dat is wat ik nog kan doen.

Ik hoop zelf het vertrouwen in mezelf en het plezier in werken weer terug te vinden en raad iedere ZZP’er in de zorg aan, aan te sluiten bij een Klachtenregeling. Toen ik de klacht kreeg moest ik eerst op zoek naar een instelling die de klacht goed behandeld, voor de familie en volgens de wet. Daar is al tijd verloren gegaan. Op het moment dat Klachtenportaal Zorg de klacht in behandeling nam voelde ik me geruster en begrepen ondanks dat de fout bij mij lag.

Dit was mijn ervaring en geloof me, hoe een goede zorgverlener je ook bent, een fout maken kan. Wat dan scheelt, is als je juridisch en als mens wordt bijgestaan door Klachtenportaal Zorg. Officieel worden klachten alleen in behandeling genomen als je al lid was ten tijde van het ontstaan van de klacht. Ik ben blij dat we tot een oplossing zijn gekomen. Klachtenportaal Zorg bedankt!

 

ajax-loader